Verbale communicatie is een van de belangrijkste manieren om met andere mensen contact te maken en informatie uit te wisselen. Logopedie helpt bij voorkomen en wegnemen van alle belemmeringen die deze communicatie in de weg staan: van articulatieproblemen tot stem- en keelklachten en van stotteren tot vertraagde spraaktaalontwikkeling bij jonge kinderen.
Het woord logopedie is afgeleid van de Griekse woorden logos (woord) en paideia (opvoeding). Een logopedist was vroeger dan ook vooral een spraakleraar. Maar vandaag de dag is het vak een stuk breder. Logopedisten behandelen mensen die problemen hebben met spraak, taal, stem en primaire mondfuncties (eten, drinken en slikken), maar bieden ook begeleiding bij bijvoorbeeld chronisch hoesten, afasie (woordvindingsproblemen) of dysartrie (problemen met spreken die ontstaan door bijvoorbeeld een spierziekte of een beroerte).
Ook bij de behandeling van problemen in de contactname (denk aan stoornissen in het Autistisch Spectrum) of zintuigelijke prikkelverwerking zijn vaak logopedisten betrokken. Logopedisten werken daarbij vaak nauw samen met huisartsen, specialisten (kinder- kno- , longarts), tandartsen/orthodontisten, (kinder)psychologen, (kinder)fysiotherapeuten en leerkrachten.